Laurion (of Lavrion) is voor veel mineralenverzamelaars een soort van paradijs.
Die vergelijking is begrijpelijk als je kijkt naar het aantal mineralen dat er te vinden is (maar liefst 521 verschillende mineralen, waarvan 23 “Type Locality”) en de schoonheid van de kristallen (zie bv mindat met meer dan 3000 foto’s van mineralen van Laurion).
Een groot deel van die mineralen is te vinden in de “slakken”, de resten van de ertsverwerking van de oude Grieken (met name de Atheners) lang voor onze jaartelling. Aan die ertsen dankten de Atheners de rijkdom waarop ze hun beschaving bouwden. Milieu hadden ze nog niet uitgevonden. Wat deden ze dus met hun afval? Juist, dat dumpten ze gewoon in zee, net als sommige industriëlen in onze toch veel beschaafdere tijd!
De weg naar die paradijselijke schoonheid is niet altijd eenvoudig, soms zelfs pijnlijk. Dat vertelde Ko Jansen bij bovenstaande foto. Deze anglesiet-groep vond hij in een slakken-brok die hij uit de zee bij Lagrena "opviste". In die zee liggen niet alleen de slakken met hun paradijselijke mineralen, maar ook zee-egels. Als je daar op trapt is dat bepaald "niet grappig".
Als je echter na thuiskomst een "zee-egel" als op deze foto tussen je vondsten ontdekt, dan verdwijnt de pijn als snel naar de achtergrond.