Mineraaltje met een verhaaltje

maandelijkse rubriek met een merkwaardig verhaal over een mineraalspecimen
voor vragen of suggesties, email verhaaltje@minerant.org
 

Shattuckiet met vraagtekens

Foto Joaquim Callén en verhaal Mario Pauwels


Shattuckiet (5 cm x 4,4 cm), Kandesei , Kaokoveld Plateau, Kunene Regio, Namibië

Dit shattuckiet specimen werd gefotografeerd daags nadat ik het eind januari 2012 had aangekocht. Het zou midden januari 2012 gevonden zijn, dus twee weken vóór mijn aankoop.
Merkwaardig genoeg bleek bij mijn thuiskomst tijdens het uitpakken van het specimen dat (nauwelijks enkele weken na de aankoop en het fotograferen van het specimen) het spierwitte mineraal op de foto aan de rand van de shattuckiet-geode volledig verdwenen was.
Vanaf het moment dat ik het specimen in mijn bezit had, heb ik het nochtans droog en donker bewaard, zodat het ‘oplossingsproces’ van het witte mineraal in kwestie reeds in een vroeger stadium en vóór mijn aankoop moet zijn ingezet.

Toen ik het specimen tijdens het fotograferen aan Namibië experts toonde, hadden we natuurlijk nooit kunnen denken dat het letterlijk de allerlaatste keer was dat we dat spierwitte mineraal hadden kunnen determineren. Niemand, ook niet één van die experts, had ooit gedacht, verwacht of geïnsinueerd dat het om een onstabiel mineraal zou gaan en dat het enkele weken later spoorloos zou verdwenen zijn zonder enig spoor achter te laten.
Mocht er toen ook maar een klein vermoeden zijn geweest dat het hier om een onstabiel mineraal ging, dan was het specimen daar natuurlijk ter plaatse op dat spierwitte mineraal onderzocht en ook in detail gefotografeerd geweest. Dan hadden we daar nu gedetailleerde foto’s van gezien.
Op geen enkel andere foto van shattuckiet die ik tot op heden heb gezien, is zo’n spierwit mineraal waargenomen.
Uiteraard kennen we wel parageneses van shattuckiet met calciet, maar de calciet in Kandesei is eerder troebel en nooit spierwit. Ook de kristallisatie is (was) trouwens totaal verschillend.
Vermits er blijkbaar nergens een ‘soortgelijk’ specimen te vinden is, denk ik dat we tevreden mogen zijn dat het specimen net op tijd werd gefotografeerd en dat er dus tenminste een foto bestaat van shattuckiet in paragenese met een mysterieus spierwit mineraal.

De dealer waar ik het shattuckiet specimen van kocht en die toch heel goed vertrouwd is met specimens van deze vindplaats, had ook geen idee wat het witte mineraal kon zijn. Ook navraag (tijdens het fotograferen) bij enkele andere Namibië experts bracht geen uitsluitsel; zowel de associatie als de minuscule kristalstructuur van dit witte mineraal in paragenese met de shattuckiet was voor hen in Namibië onbekend. Ik dacht toen ‘dat kom ik later nog wel aan de weet’, maar die kans was bij thuiskomst dus definitief verkeken.

Het specimen was wel zuiver en is volgens mij ook wel gereinigd geweest voor ik het aankocht. In de nasleep hiervan kwam een vriend met de optie dat het witte mineraal wel eens pickeringiet (halotrichiet groep) zou kunnen geweest zijn, maar volgens latere correspondentie met diezelfde Namibië experts was dat weinig waarschijnlijk.

Als je nadien de puzzel in elkaar past, is het niet zo onlogisch dat die Namibië experts de associatie evenals de kristalstructuur van het verdwenen onbekende witte mineraal in paragenese met shattuckiet nog nooit waren tegengekomen.
Dit specimen was uiteindelijk nog maar heel recent gevonden toen ik het kocht. En het ging hier blijkbaar toch om een zeer onstabiel mineraal dat waarschijnlijk (na reiniging met water? of in contact met een zuurstof?) nooit lang genoeg heeft ‘overleefd’ om tot op mineralenbeurzen te geraken of om gefotografeerd te worden.

Op het specimen zit trouwens ook nog dioptaas, waarvan één mooi volwaardig kristal onderaan in de geode. Verder zit er nog een tot nu toe onbekend lila/purper mineraal bij, dat beter te zien is op de detailfoto hieronder. Over wat dat zou kunnen zijn, bestaat ook nog onzekerheid.

Mocht iemand nog een goed idee hebben over het witte mineraal, dan hoor ik dat graag.